BEREIDING VAN HET DEEG

Schep de bloem in een cirkel op een werkblad. schep het zout en de suiker langs de buitenkant van de bloem. Doe de lauwe melk, verse gist en eidooier in het midden. Vermeng dit alles met de bloem en voeg de boter toe. Kneed kort tot een luchtig deeg.

Verdeel het deeg in twee stukken van ongeveer 150 g en maak twee bolletjes. Dek het deeg af met een plastic vel of handdoek en laat 5 minuten rijzen.

Bestuif het werkblad met een beetje bloem en rol de twee bolletjes uit tot ze een doorsnee van ongeveer 24 cm hebben. Bestrijk twee getande vormen van 18 cm doorsnee met gesmolten boter en leg het deeg voorzichtig in elke vorm. Rol na 5 minuten het overtollige deeg af door middel van een rolstok. Druk af met de duimen de randjes iets naar boven. De vormen zijn klaar om ingevuld te zijn met rijstvulling of andere vulling.

BEREIDING VAN DE RIJSTCRÈME

Breng de melk, de rijst en de opengesneden vanillestokje aan de kook. Temper het vuur en laat nog gedurende ongeveer 10 minuten doorkoken. Blijf steeds roeren in het rijstmengsel om aanbaksels te voorkomen. Als het mengsel voldoende gebonden is, haal je de pan van het vuur en voeg je de suiker toe.

Giet onmiddellijk uit op een schaal, dek af met plasticfolie en laat afkoelen in de koelkast. Verwijder het vanillestokje en meng het ei en de banketbakkersroom door afgekoelde rijst.

Vul de rijstcrème in de vorm belegd met taartdeeg. Bestrijk de bovenkant goed met een losgeklopt ei. Verwarm ondertussen de oven voor op 180°C en bak de taart ongeveer 35-40 minuten.

Keer de rijsttaart na enkele minuten na het bakken om op een rooster en verwijder de vorm. Leg een rond rooster op de rijsttaart, keer weer om en laat afkoelen.

De rijsttaart vraagt geen verdere afwerking.