BEREIDING

Bereid gist en bloem, melk vet, zout en suiker, bereiden we matig stijf deeg dat een half uur rijzen.

Intussen bereid de vulling:

APPELVULLING:

Meng geraspte appels met vanille en kristalsuiker, kaneel (optioneel ook met rozijnen). Laat even staan en voor het vullen druk even de sappen weg, zodat de koek niet zal lopen.

CACAOVULLING:

Bestrijk het uitgerold deeg met dunne laag van confituur (best met aalbesconfituur) en bestrooi hem daarna rijkelijk met cacao. De confituur zal voor de zachte structuur en een beetje pikante smaak van de vulling zorgen.

MAANZAADVULLING:

Los de suiker op in de warme (maar niet kokende) melk. Voeg gemalen maanzaad, vanillesuiker, geraspte appel toe en klaar. De appel in de vulling zal voor lekker en fris smaak zorgen.

WALNOTENVULLING:

Los de suiker op in de warme (maar niet kokende) melk. Voeg de noten, vanillesuiker, geraspte citroenschil en Rhum (optioneel) toe en meng alles goed door.

Verdeel daarna het deeg in 2 stukken en rol elk van tot rechthoek. Bestrijk het deeg gelijkmatig met gewenste vulling (bij kaneel kunnen ook rozijnen bij) en wikkel tot een rol. Zet de wikkelkoek op het bakblad en laat nog 20 minuten narijzen. Borstel hem dan met losgeklopt ei, prik enkele keer van boven met een vork en bak 30 minuten op 150°C. De koek moet na het bakken liefst niet te donker maar licht zijn – licht gebakken is wel soepeler.

Serveer de koek bestrooid met poedersuiker of zonder.

1. Wikkelkoek kan perfect ook in tulbandvorm gebakken zijn. Dit is bijzonder geschikt wanneer het deeg heel zacht is en zou dus de vorm van een koek bij het bakken niet kunnen houden.

2. De koek mag na afkoelen gesneden en in diepvriezer bewaard worden.