BEREIDING

Voor een havermeel hoeft je niet onmiddellijk naar de winkel lopen. Als je een staaf of gewone mixer hebt, is het voldoende om havermout daarmee te malen. Ik heb het gewoon met staafmixer gedaan (zie foto onderaan).

Verkruimel de gist en doe het met samen zuurdesem in een grote kom. Voeg het water toe en meng het met je handen tot een gladde vloeistof. Strooi het havermeel erbij en meng alles snel tot een dun, korrelig, klontvrij beslag. Dek de kom af met vershoudfolie en laat hem ongeveer 4 uur bij kamertemperatuur staan. Het mengsel moet dik en sponsachtig worden.

Ik heb beide bloemen met vloeibaar mengsel echt tegelijk gemengd, maar het was toch geen probleem. Het deeg heeft mooi gerezen en niets is met hem gebeurd. Dus de volgende stap kan je samen met het eerste doen maar behoud de tijd voor het rijzen. Dan kan je verder doen met het kneden van deeg op een bebloemde werkplaats.

Werk de bloem en het zout erdoor, zodat een slap, wat kleverig deeg ontstaat – het zal plakkeriger aanvoelen dan deeg van tarwebloem. Blijft het deeg aan je handen of de kom kleven, voeg dan wat meel toe. Liggen er droge kruimels in de kom of voelt het deeg stijf en droog aan, doe er wat water bij.

Leg het deeg op een werkblad en kneed het 10 minuten stevig. Dek af met een vochtige doek, een omgekeerde kom of een vel vershoudfolie en laat 15 minuten rusten. Vorm van het deeg een ovaal brood van 23 cm lang en leg dit op ede bestoven bakplaat. Schuif de bakplaat in een grote plastic zak of dek hem voorzichtig af met een vochtige doek. Laat het deeg rijzen tot de omvang bijna is verdubbeld; ongeveer 1-2 uur.

Verwarm tegen het eind van het rijzen de oven voor op 220°C (hete luchtovens -20°C).

Bestrooi de bovenkant van het brood met wat havermeel. Knip vervolgens met een keukenschaar een zigzagpatroon in de bovenkant. Laat het brood ca. 35 minuten bakken tot het licht goudbruin is en hol klinkt als je op de onderkant tikt.

Laat hem op een rooster afkoelen en daarna kan hij ook ingevroren zijn.